La Musica 2 door AD (3 dec 2016)

AD (3 dec 2016) -

'Ik zou willen dat ik nog tien levens had' interview Ariane Schluter

'Ik zou willen dat ik nog tien levens had' interview Ariane Schluter

Ariane Schluter is een van Nederlands grootste actrices, maar kan gewoon anoniem over straat. ‘Ik vind het fijn geen BN’er te zijn.’
door ANNEMART VAN RHEE / foto: JACQUELINE DE HAAS

Ze beschikt over een cv als een telefoonboek en beheerst het vak tot in alle uithoeken. Momenteel regeert Ariane Schluter (50) op het toneel in Marguerite Duras’ liefdesode La Musica van Theater Utrecht, maar ze kroop even makkelijk in de huid van Noord Zuid tv-detective Dana van Randwijck. En op het witte doek switchte ze soepel van volksvrouw Lenie in tragikomedie De marathon naar zwaarder drama rond verpleegster Lucia de B.

Ook geniet ze van een goed gevulde prijzenkast: Schluter mocht twee Gouden Kalveren en twee Theo d’Ors in ontvangst nemen en ze heeft de prestigieuze Theo Mann-Bouwmeester Ring in haar bezit. Ze wil niks kwijt over het doorgeven van dat kleinood, behalve dat ze het sieraad niet zoals sommige voorgangsters vijftien jaar in huis houdt.

Toch rinkelt niet bij iedereen direct een bel bij het horen van de naam Ariane Schluter. Ze ziet dat geenszins als diskwalificatie, maar eerder als logisch gevolg van haar benadering van het vak.

Haar analyse: ,,Bij het spelen vind ik mijn personage altijd belangrijker dan mezelf. Daarom schuif ik mijn ego compleet aan de kant: niet ik sta in het middelpunt, maar mijn karakter. Bovendien vind ik het fijn geen BN’er te zijn, houd daarom deelname aan tv-spelletjes en quizzen bewust af. Zo combineer ik het beste van twee werelden: ik doe mee aan mooie projecten en werk met de beste acteurs, maar kan wel lekker anoniem over straat.’

Twee jaar terug nam ze een drastisch besluit. Ze vertrok bij haar vaste werkgever Het Nationale Toneel om zich te storten op een freelance-bestaan. Hoewel haar partner zijn brood als art director (bij films en tv-series) verdient, vond ze die keuze voor onzekerheid een heftige stap. Zeker als moeder van een 15-jarige zoon en een 19-jarige dochter.

Waarom koos je voor het onzekere?

,,Om weer vrij in mijn hoofd te zijn. Het Nationale Toneel is een fijne plek met goede collega’s, een soort familie. Maar ik voelde me na acht jaar opgesloten en verstikt omdat ik constant en ver van tevoren wist wat ik zou gaan doen. Dan keek ik in december in mijn agenda en zag: op 22 mei sta je met die en die in dat stuk. En op 3 september het jaar daarna speel je zus en zo. Beklemmend. Dat wilde ik niet meer. Hoewel vastigheid zekerheid biedt, besloot ik toch die band door te snijden. Ongelooflijk eng. Maar ik heb tot nu toe geen seconde spijt gehad. Ik dacht vaker: waarom heb ik dit niet eerder gedaan? Het heeft zo bevrijdend voor me gewerkt.’‘

Je agenda is nu evengoed nog tjokvol. Wat is dan het verschil?

,,Alleen voor het komend seizoen zijn data ingevuld. Na mei 2017 ligt alles open. Dat vind ik spannend. Het grote voordeel is dat ik nieuwe mensen ontmoet en per project afweeg: wil ik dit echt doen? Zoals nu bij de voorstelling La Musica met Peter Blok, een ontzettend gave rol over zinderende en onafgemaakte liefde.
,,Ik besef dat ik in een luxepositie zit, want ik kan nee zeggen bij gematigd enthousiasme. En een stuk kan nog steeds mislukken of minder worden ontvangen, zoals recent gebeurde bij La Famiglia. Ik snap de kritiek ook, het was een lastige serie om te duiden: komedie, vermengd met drama en dat ook nog in een Italiaanse setting. Maar ik heb er in elk geval wel met heel mijn hart voor gekozen.
,,Door die nieuwe instelling brandt bij mij het vuur als nooit tevoren. Mijn energie stroomt, ik begin te fantaseren, krijg allerlei ideeën. En die hoeven helemaal niet alleen op mijn vakgebied te liggen: ik ben net begonnen aan een tweejarige opleiding om Engelstalige literatuur te vertalen. Romans en toneelstukken. Ik vind dat te gek.’‘

Waarom wil een topactrice literatuur vertalen?

,,Ten eerste omdat ik een taalfreak ben. Ik vind het mooi om te puzzelen met woorden om zo te proberen de kern en ziel van een verhaal te vangen. Net zoals ik bij het spelen op mijn manier uitdrukking geef aan de tekst die ik krijg voorgeschoteld. Ik trek het leven en de gevoelens van een ander naar me toe, laat die door mij heen gaan en vertel ze.

,,Daarnaast lijkt het mij verrukkelijk om drie maanden compleet onder te duiken. Enkel met mezelf geconfronteerd te worden als tegenwicht tegen het sociaal experiment dat mijn leven al decennialang is. Een snelkookpan. Ik bedoel: ik bevind mij vaak in onnatuurlijke situaties. Zit bijna altijd dicht op de lip van mijn collega’s, moet intensief repeteren, werk meestal in donkere, afgesloten plekken of moet in korte tijd superclose zijn met mensen die ik niet goed ken. Het lijkt me heerlijk om dat te kunnen afwisselen met drie of vier maanden alleen in stilte achter een bureau zitten. Misschien is het een droom die niet uitkomt, maar ik wil het proberen.’‘

Je zou ook kunnen zeggen: ik ga een half jaar thuis rommelen…

,,Nee, nee. Het leven is te mooi om niks te doen. Bovendien word ik daar ongelukkig van. Ik heb dat gemerkt toen de kinderen nog klein waren. Ik deed aanvankelijk een stap terug, maar kon het werk niet loslaten. Ik werd chagrijnig, voelde me down en somber. Ik miste iets fundamenteels, alsof een deel van mezelf was afgesneden. Dan was ik thuis niet te genieten. Ik was ook geen natuurtalent als moeder, het was hard werken en ik moest mezelf uitvinden.
,,Mijn man heeft een aantal projecten afgezegd voor mij en de kinderen. Kansen in het buitenland liet hij schieten. Zonder verwijten, zonder gevoel van inleveren heeft hij destijds een duidelijke keuze gemaakt: zo kan Ariaan blijven acteren en worden haar onregelmatige tijden geen obstakel. Ik ben mij er zeer van bewust dat ik dankzij zijn offers carrière heb kunnen maken.
,,Soms was het toch nog puzzelen met vijf verschillende oppassen en rennend en vliegend logistieke gaten vullen. Wat ook hielp is dat wij vier jaar lang twee studenten op zolder hadden wonen die een diepe band ontwikkelden met onze kinderen.
,,Ik heb een schuldgevoel gehad dat ik veel weg was, maar dat is inmiddels verdwenen. Omdat ik weet dat mijn kinderen hebben gezien hoe leuk het is dat ouders opgaan in hun werk en hun passie. De combinatie werk en zorg blijft ingewikkeld, ik vind dat onze maatschappij daar nog steeds niet goed op is ingericht. Ik benijd die jonge moeders met die vermoeide gezichten niet. Slapeloze nachten en blijven presteren, a hell of a job. Voor ons is het een stuk makkelijker nu de kinderen ouder worden. We staan aan de vooravond van de gouden jaren.’‘

Waarom denk je dat de beste tijd nog komen gaat?

,,Omdat ik beter en soepeler omga met mijn kinderen nu ze ouder zijn. Hun leeftijd herken ik meer, ik weet nog van mezelf hoe ik mij toen voelde. En omdat ik na alle ups en downs die mijn man en ik samen hebben overleefd durf te zeggen: dit is voor eeuwig. We zijn beiden heel autonoom, gunnen elkaar eigen levens. Dat is fijn voor onze persoonlijke ontwikkeling.

,,Hij is de liefde van mijn leven, mijn thuis. Ik ontmoette hem in 1995 op de set van Zwarte sneeuw en vroeg aan mijn tegenspeelster, Tamar van den Dop: wie is dat en heeft hij een vrouw? Ik was net drie maanden klaar met mijn vorige relatie en had geen zin in gezeik en gedoe. Toen ik hoorde dat hij single was, heb ik meteen werk van hem gemaakt. Iets wat niet in mijn aard ligt. Ik wist ook direct: met hem wil ik kinderen en dat had ik niet eerder gevoeld bij een man.
,,We zijn nooit getrouwd. Eerst niet uit praktische overwegingen, daarna was het moment voorbij. Bovendien vonden wij − als echte jaren 70-kinderen − dat er iets burgerlijks kleefde aan trouwen. Maar inmiddels ben ik ongelooflijk gelukkig met het burgermansbestaan.’‘

Je bent 50, ben je bang dat het aantal rollen opdroogt?

,,Ik denk dat in het algemeen geldt dat het aanbod slinkt voor actrices van mijn leeftijd. Maar persoonlijk heb ik daar nog niet mee te maken gehad. Ik merk wel dat ik een ander type rollen krijg. Terwijl ik me jonger voel dan mijn absolute leeftijd. In mijn hoofd ben ik nog altijd 35 en soms overvalt me: o ja, ik ben 50, dat is waar ook. Ik zou willen dat ik nog tien levens had, er is zoveel dat ik wil uitproberen. Ik ga nu voor het vertalen, maar ik had ook wel voor de VN willen werken, me willen verdiepen in vluchtelingenrechten. Of journalist willen worden of psychiater. Ik houd ervan om uit te pluizen hoe mensen in elkaar zitten, wat hen beweegt. Daarom verslind ik boeken als Wij zijn ons brein van Dick Swaab.
,,Ik ben opgegroeid met vier zussen en daardoor was er weinig mannelijk tegenwicht in ons gezin. Ik had best een paar broers willen hebben. Mannen zijn fundamenteel anders dan vrouwen: ze douwen door, maken geintjes, relativeren vaker en zijn down-to-earth. Ik weet dat het generaliserend klinkt, maar vrouwen psychologiseren en analyseren veel meer. Door het vrouwenhuishouden van mijn jeugd is mijn emotionele kant heel sterk ontwikkeld. Aan de ene kant ben ik een piekeraar, kan tobben over klein en groot leed. Maar als ambassadeur van hulporganisatie Oxfam Novib realiseerde ik mij tijdens een bezoek aan vluchtelingen in Griekenland ook: je kunt de ellende van de wereld maar beperkt tot je laten doordringen. Anders overleef je het niet.’‘

Wat heb jij meegenomen van die trip?

,,Het besef dat ik best vaker dankbaar mag zijn voor mijn gezonde kinderen, de kansen die ik krijg en mijn comfortabele leven. Ik heb gepraat met een Syrische jongen van dezelfde leeftijd als mijn dochter. Hij zit al een half jaar te hopen op een hereniging met zijn broer in Duitsland en kreeg te horen dat zijn achtergebleven vader bij een bombardement op een Syrisch plein was omgekomen. Zo verschrikkelijk en confronterend. Het gaat over mensen zoals jij en ik die door toeval in een vacuüm terecht zijn gekomen. Hun hele leven staat in de wacht, ze kunnen niet voor- of achteruit. Dan denk ik: jezus, waarom kunnen we hier met z’n allen geen oplossing voor vinden? Anderzijds lijd ik ook niet aan een misplaatst schuldgevoel: ik ben geen activist en neem ook geen vluchteling in huis. Ik ben van nature iemand die dingen beziet. Ik ben geen moralist, maar vind het wel goed als we er meer van doordrongen zouden zijn dat we iets vaker blij zouden kunnen zijn met wat we hebben in plaats van chronisch boos te zijn over wat ontbreekt.’‘