Adelheid Roosen

Adelheid Roosen

Theatermaakster Adelheid Roosen (1958) schuwt in haar theater- en filmproducties geen enkel onderwerp: eerwraak, huiselijk geweld, (homo)seksualiteit in de Islamitische wereld, de Alzheimer van haar moeder, alles mag en móet in de openbaarheid. Dwarrelend door stadswijken en theaters ontmoette zij de afgelopen 15 jaar steeds weer nieuwe gezichten die de inspiratie vormden voor haar voortdurende zoektocht naar het kantelen van het perspectief dat wij hebben op de Ander, de ogenschijnlijke vreemde.

Wat begon met een theaterdrieluik over moslimmigranten – Vijf op je Ogen (1989), De Gesluierde Monologen (2003) en Is.Man (2006) over eerwraak – groeide uit tot een diepgaande ontmoeting van theatermakers en publiek met de wijken en hun bewoners. Vanaf 2010 ontwikkelde Roosen haar adoptiemethodiek waarbij theatermakers in adoptie gaan bij wijkbewoners om het contact met de ander te verdiepen en hun verhalen te verzamelen, die de pijler worden van de voorstelling. Publiek dompelde zich zich onder in die verhalen in Zina neemt de Wijk (2010), WijkSafari Slotermeer (2012), WijkSafari Utrecht (2013), WijkSafari Bijlmer (2015), Safari en Tepito (2014 en 2015), Safari en Juarez (2016) en WijkSafari Maakt School (2017). In 2018 maakte Roosen een WijkSafari in en rondom het asielzoekerscentrum in Utrecht, waar professionele spelers geadopteerd werden door vluchtelingen. Inmiddels heeft zij het woord adoptie zowel nationaal als internationaal op haar voorhoofd staan.

Na jarenlang werken in de wijken, waarbij ze centrumbewoners verleidde om over de drempel van stadsgrenzen te stappen, was het tijd om de omgekeerde weg te bewandelen. Van de wijk naar het centrum, het hart van de theaters in. Ze trok met 100 wijkbewoners, die nog nooit naar het theater waren geweest, de schouwburgen binnen en wandelde met hen door het toneelstuk Dantons Dood van Toneelgroep Amsterdam (2014) heen, met als doel de schouwburgen open te breken voor het publiek. En bleef vervolgens met deze 100 mensen na afloop van de voorstelling overnachten op het podium. Zo trok ze 3 maanden door Nederland.

Het doorlopende project To the You I call the Other, over de ander in je eigen samenleving, samen met kunstenaars uit Syrië, ging in 2010 van start in Damascus en loopt door in Nederland.

In 2014 verscheen de film Brozer, het vervolg op het gelauwerde Broos uit 1997. Vier zussen zien zich geconfronteerd met het naderende levenseinde van één van hen. Saillant detail is dat actrice Leonoor Pauw in deze film haar doodzieke zelf speelde.

Adelheids documentaire Mam (2009), waarin zij haar moeder met Alzheimer portretteert, werd genomineerd voor de IDFA Award for Short Documentary. Zij ontving in 2009 de Amsterdamprijs voor haar grensoverschrijdende bijdrage aan de kunsten in Amsterdam en kreeg in 2012 de Prosceniumprijs voor haar oeuvre. In 2015 kende het Humanistisch Verbond haar de Van Praagprijs toe omdat zij “een onvermoeibare voorvechter is van een wereld waarin medemenselijkheid een nieuwe kans krijgt.”
In 2010 en 2011 was zij ambassadeur huiselijk geweld. In 2016 werd zij gevraagd toe te treden tot de Akademie van Kunsten, op basis van haar artistieke verdiensten in het Nederlandse theaterlandschap. En in 2017 won ze de LPTW Gilder/Coigney International Theatre Award voor haar ‘artistieke excellentie’ en ‘inspiratie voor verschillende samenlevingen’.